In oktober 1960 kwam ik op in Amersfoort bij de geneeskundige troepen. Ik kwam vers van school en had voor mijn examen veel over de eerste en tweede wereldoorlog gelezen. Vastbesloten om niet ten onder te gaan aan kadaverdiscipline, meldde ik mij aan. Na de rekrutentijd verhuisde ik naar de kadercompagnie voor een opleiding tot hoofd-ziekenverzorger met een stage in het militair hospitaal in Den Haag als sluitstuk. Daarna naar de parate hap: de Vbpcie van het 11 Gnk Bat in legerplaats De Wittenberg. Ik werd gedetacheerd in het Kantonnements Ziekenverblijf, moest mee met oefeningen en had “never a dull moment”. Hoogtepunt was het verblijf in La Courtine in de zomer van 1961. Eind augustus zouden we worden afgelost door de 4de divisie. Maar dat ging niet door. Half augustus verrees de Berlijnse Muur en liepen de politiek spanningen op.
Aan het eind van de dag dat alles ingepakt stond om de volgende dag op terugreis te gaan stonden we op het appèl. De CC dankte iedereen voor de inzet en we gingen aan tafel. Maar nog voor de soep was opgediend stonden we weer op appèl. “Vertrek naar Nederland voor onbepaalde tijd uitgesteld ” Gingen we terug naar huis en meteen door naar Duitsland was de vraag. Weer terug aan tafel hoorden we vanuit een andere ruimte een lied: O was ik maar bij moeder thuisgebleven… Alle rangen zongen mee. Onvergetelijk!
Ojee, U bent uitverkoren voor de atoombunker
Was het 1980, of eerder? Ik zat op de middelbare school, de RSG te Schagen, Noord-Holland. In jongerencentrum De Ojee Boerderij speelde de band Doe Maar nog voor ze bekend werden. Vanuit De Ojee Boerderij verzonnen we met jongerenwerker Gerrit van Veghel een...