Mijn vader was beroepsmilitair, bij de luchtmacht. Hij werd overgeplaatst naar Duitsland ‘om de Russen buiten de grenzen te houden’. Op zich was het geen angstige tijd, ondanks de dreiging. We woonden met allemaal andere gezinnen van militairen in een ‘nederlandse’ wijk in een Duits stadje, We gingen naar een Nederlandse school een eind verderweg, met een bus gingen we er heen. De Duitse chauffeur was niet leuk, hiij was volgens ons toen een nazi.
Het enige vervelende dat ik me kon herinneren waren de oefeningen. Midden in de nacht reed er dan een jeep langs met loeiende sirenes en alle vaders moesten dan hals over kop zich op de kazerne of de site melden. Dan was iedereen wakker en je sliep echt niet meer in.Ā Maar daar had iedereen last van.
Een paar dagen na mijn eindexamen
Begin juli 1954 moest ik me melden in Nijmegen. Ik dacht helikopterpiloot te worden. Daarom dacht ik de Koninklijke Luchtmacht zit op mij te wachten. Niet dus. Infanterie-opleiding rond Nijmegen, schuttersputjes graven, gamellen schoonmaken na de maaltijden in de...