Ik kan me als jonge jongen nog heel goed herinneren dat er tijdens de Cubacrisis bij ons op de plek vlakbij de kelder een kaartje kwam te hangen dat aangaf wat wij als gezin moesten doen bij een nucleaire aanval. Dat maakte toen een diepe indruk op mij. Een nucleaire aanval kende ik als atoombom. En die kende ik natuurlijk van de verhalen over de oorlog. Hiroshima en Nagasaki! En dat kaartje hing daar natuurlijk omdat wij dan de kelder in zouden duiken. En dat snapte ik dan weer niet zo goed omdat mijn vader altijd zei; bij een bombardement moet je nooit een kelder in gaan. Hij had tijdens de oorlog 2 bombardementen meegemaakt waarvan 1 in een kelder in Hannover. Het tweede was in Dresden. En daar deed hij dat niet meer. Dat was zijn geluk. Een gat in de grond. Dat zei hij altijd, was de beste manier. Vandaar dat ik dat kaartje bij de kelder dan ook niet zo goed snapte. Maar indruk maakte het wél!
Nederland kon dus door onze aanwezigheid rustig gaan slapen
Ik lag als dienstplichtig militair (lichting 88-4) op 60 km van de oost-Duitse grens op kazerne Langemanshoff en 16km zuidelijk lag kamp Hohne. Op beide kazernes lag een kompleet tankbataljon van 52 Leopard 2’s. Nederland kon dus door onze aanwezigheid daar rustig...