Als dienstplichtig sergeant was ik vanaf 3 mei 1962 tot 3 augustus 1963 als materieelbeheerder ingedeeld bij het 11e Geniebataljon in Wezep. Gedurende die periode lag het bataljon 2 periodes van elk 3 maanden in (wat toen nog) West-Duitsland was (Oerbke). We werden steeds afgelost door het 41e Geniebataljon. 5 weken op, 1 week af. In de ene week moest er ook gereisd worden. We kregen vooral te maken met de dreiging door de Cuba crisis. Met een alarm zaten we een gegeven ogenblik op de vrachtwagens en reden we naar afgesproken posities. Op dat moment was natuurlijk een deel van het bataljon met verlof. Daardoor kreeg het merendeel van het toen aanwezige beroepskader rijopdrachten. Gelukkig liep alles met een sisser af. Een poosje daarna werd ik in een uniform van het Oost-Duitse leger gehesen en werd ik aan de compagnie “tentoongesteld”. Opdat er op het juiste ogenblik herkenning zou zijn. Voor de rest heb ik eigenlijk niet of nauwelijks wat van de Koude Oorlog gemerkt.