Ik moest verplicht opkomen in de lichting 84-5 bij de 42 pantserinfanterie Limburgse jagers. Na 4 maanden een kuttijd te hebben gehad in Oirschot, waar de opleiding plaatsvond met dank aan sgt Reids, moesten wij de laatste 10 maanden naar Seedorf. De kapitein die we daar hadden was kpt van Loon, een dikke lompe kerel was tevens een bullebak. Of het nu aan mij lag weet ik niet zeker (ik denk dat ik het hem behoorlijk lastig heb gemaakt, althans ik hoop het). Iedere keer als het mis ging kon ik weer bij hem op kantoor komen, ik was volgens hem een waardeloos soldaat. Hierin moet ik hem gelijk geven, wat hij niet weet is dat ik mij giga heb gedrukt om onder oefeningen uit te komen. Gelukkig kwam een majoor erachter dat ik onderhoudsschilder was en de manege buiten de poort geschilderd moest worden. Ik heb dan ook als tegenprestatie gezegd dat ik het wilde schilderen maar geen oefeningen meer wilde draaien en niets meer met die bullebak van een kpt van Loon te maken wilde hebben. Wonderbaarlijk zijn ze daar uiteindelijk mee akkoord gegaan gezien het feit ik toch alleen maar zat te kloten en het hele leger waardeloos en onnodig vond. De hoge heren in Den Haag maken de oorlog en wij als burgers mogen het oplossen, dat kon er bij mij niet in vandaar dat ik overal liep te kloten waar ik maar kon. Van het gehele schilderwerk is ook weinig van terecht gekomen en lag ik vaak in een hooiberg te pitten. Vandaag de dag ben ik nog steeds van mening dat de hoge heren die denken dat ze ons kunnen commanderen zelf maar in dienst moeten om hun oorlog uit te vechten.