Ik ben ongeveer een jaar in functie geweest bij de Defensiehaven, van 8 april 1958 tot en met 4 juni 1959. Ik heb er een goede tijd gehad, heb daar plezierig gewerkt. Mijn functie bij het noodbruggen-ponton detachement was dienstplichtig-sergeant-schipper. Het Noodbruggen pontondetachement was gelegerd in de Oranje Nassau-kazerne te Schaarsbergen, en van daaruit werden de manschappen verdeeld over de posten Bemmel en Arnhem. Na een overplaatsing kwam ik terecht bij de Defensiehaven, ‘het object Arnhem’. We sliepen in ‘de Bruine Beer’ aan de Oosterbeek kant. Ik had de leiding over dienstplichtigen, want wij moesten de netten die gespannen werden over de rivier roestvrij houden. En met een oefening werden die netten opengespannen en werden ze neergelaten met de gewichten eraan. Om de drijvende mijnen tegen te houden, als het object tussen de pijlers was geplaatst.
Meestal vonden de oefeningen ’s avonds plaats, maar werd de scheepvaart ook overdag gestremd. Want onder aan de netten moesten deze worden verzwaard met metalen bollen. De netten moesten over de rivier gespannen zijn voordat het element erin gevaren kon worden. Ik heb verschillende oefeningen meegemaakt, en als het er eenmaal lag, dan werden de kleppen op het element die erin zaten, op-en-neer gelaten. Om te kijken of dat allemaal wel goed functioneerde. Met die kleppen en zand die een zandzuiger op het element spoot kon je namelijk een dam vormen. Maar dat werd allemaal heel langzaam gedaan, want je kan niet dat element in een keer als blok in de rivier zetten, dan krijgt het teveel spanning erop. Dus dat duurde wel een uur of drie, vier, voordat het element er goed ingevaren was, want het kwam allemaal heel nauw. Het is in werkelijkheid nooit nodig geweest om het ponton in werking te zetten.
Omdat het een heel geheim object is geweest om nog wat tegen de Russen te kunnen doen als ze kwamen opdagen, was het verboden om foto’s te maken. Met de jongens hadden we dus ook een beveiligingsfunctie, want als er schepen langskwamen, moesten we goed kijken of er niet gefotografeerd werd. Hoewel wijzelf wel hebben gefotografeerd, maar er mochten geen herkenbare objecten opstaan. Als mensen toch foto’s maakten vanaf een boot, gingen we aan boord en vroegen we het rolletje mee. Sommigen vonden dat niet leuk, en er was ook wel eens heibel natuurlijk, maar ja, opdracht is opdracht.”
Dit verhaal van Freek Jacobs is geschreven door Elmar van de Ree, na een interview door Lian van der Zon in het kader van een oral history project over de Defensiehaven, voor de gemeente Arnhem in 2020. Meer informatie vindt u hier mijngelderland.nl